Brief van de provinciaal 2019-2020/07
Onze provinciaal, Wilfried Wambeke, brengt mededelingen uit de provincie.
Beste medebroeders
Het is me deze maand niet gelukt om stipt op de 15de een rondzendbrief te versturen. Je kent dat: vooraleer je voor zeven weken naar Turijn vertrekt, wil je nog heel wat zaken afronden en op een zodanige wijze achterlaten dat anderen er mee verder kunnen. Ondertussen is de eerste kapittelweek achter de rug en kan ik jullie een aantal indrukken en inhouden meegeven.
Vorige zaterdag, 15 februari 2020, zijn Eric Haelvoet en ik in een dag naar Turijn gereden met de auto. Bij aankomst op zaterdagavond zagen we dat de meeste kapittelleden er al waren. We hebben ons aangemeld en wat spullen in ontvangst genomen, en onze computer afgegeven om een intern netwerk te laten installeren. Daarna konden we ons lanceren in de grotendeels onbekende groep kapittelleden uit alle hoeken van de wereld. Wij, Vlamingen, hebben het grote voordeel dat we tot een klein taalgebied behoren en dus heel wat vreemde talen moeten leren.
Al wie met de wagen naar het kapittel gekomen is, werd ondergebracht in een sober hotel buiten Turijn, in de buurt van de luchthaven. Dat betekent: iedere ochtend en iedere avond een autorit van ongeveer twintig minuten. Vooral ’s ochtends doet dat pijn, want we worden om 6.45 uur in Valdocco verwacht voor morgengebed, meditatie en eucharistieviering. ’s Avonds zijn we rond 21.30 uur terug in ons hotel en hebben we na de toch wel vermoeiende dagen niet veel zin om nog veel te ondernemen. Maar meer dan al deze praktische beslommeringen wil ik jullie even meenemen in de sfeer van het Algemeen Kapittel en daarna iets schrijven over de eerste week.
Enkele indrukken
Voor Eric is het zijn eerste kapittelervaring, voor mij de tweede, en toch vind ik het opnieuw overweldigend. Je beseft dat je deel uitmaakt van een wereldwijde beweging van mensen die allemaal eenzelfde charisma beleven en als religieuzen in de voetsporen van Don Bosco het beste van zichzelf geven voor jonge en gewone mensen, in zoveel verschillende culturen. Er is een kleurrijke verscheidenheid van medebroeders en je hoort tientallen talen waar je niets van begrijpt, en toch delen we hetzelfde geloof en dezelfde salesiaanse stijl van hartelijkheid en broederlijkheid. We zijn met iets meer dan 14000 werkzaam in 134 landen en toch is er een onbeschrijfelijk gevoel van eenheid en samenhorigheid. Ik zou alle medebroeders willen toewensen dat ze die ervaring ooit mogen meemaken. Natuurlijk is dat niet haalbaar, maar onze provincie kan zich wel iets voorstellen bij de internationale verbondenheid in onze congregatie doordat wij, meer dan veel andere provincies, een provincie zijn van missionarissen. Honderden medebroeders zijn uit Nederland en Vlaanderen vertrokken om elders hun salesiaanse roeping gestalte te geven, en nu komen missionarissen uit andere continenten naar onze provincie om bij ons hun zending te beleven. In al onze gemeenschappen zijn er medebroeders die jaren in de missies gewerkt hebben of medebroeders die nu als missionaris naar onze provincie gekomen zijn. Dat is een enorme rijkdom voor onze gemeenschappen en het helpt ons de multiculturele wereld begrijpen waarin we nu leven.
Wat mij in dit verband treft, is hoeveel kapittelleden medebroeders uit Nederland en Vlaanderen kennen of gekend hebben die mee aan de oorsprong liggen van de salesiaanse aanwezigheid in hun land. Het vervult velen met grote erkentelijkheid voor de manier waarop onze missionarissen het pastoraal-pedagogisch project van Don Bosco geïncarneerd hebben in diverse landen en culturen. Als we hier vertellen dat wij nog steeds 36 missionarissen hebben (cf. ons Vademecum) in alle continenten, zijn velen onder de indruk van deze generositeit.
Een ander bijzonder gegeven van dit Algemeen Kapittel is de plaats van samenkomst. Het is geleden van 1958, onder don Ziggiotti, dat deze bijeenkomst in Valdocco plaatsvond. Er waren toen 119 kapittelleden en het kapittel duurde slechts 13 dagen. Tussen haakjes: het allereerste Algemeen Kapittel werd door Don Bosco zelf samengeroepen in Lanzo Torinese. Ze waren toen met 23 (in 1877, met alle directeurs van de toenmalige salesiaanse huizen) en na 3 dagen was het kapittel afgelopen. Na twee kapittels in Lanzo werd Valsalice de plaats van samenkomst voor 12 kapittels. Nu zijn we, na een onderbreking van 62 jaar, voor de vijfde keer in onze geschiedenis (1922, 1932, 1952, 1958 en 2020) te gast in Valdocco. Hier mogen zijn maakt het heel bijzonder omdat alles ooit van hieruit begonnen is. Ieder hoekje en iedere steen ademt de aanwezigheid van Don Bosco uit. Maar veel meer dan een archief van het verleden is dit een plek die bruist van levenskracht en beweging, heel anders dan in de Pisana in Rome. Hier is een school en een oratorio; er komen dagelijks groepen op bezoek om te proeven van de atmosfeer van deze plaats; de basiliek heeft een aantrekkingskracht op veel gewone mensen. Geen probleem dus om je hier thuis te voelen.
Even langslopen bij het graf van Don Bosco in de basiliek van Maria Hulp vervult mij altijd met grote dankbaarheid, en dan vraag ik me op die dierbare plek, de ‘Terra Santa’ van onze congregatie, vaak af wat er van mijn leven zou geworden zijn als Don Bosco nooit bestaan had. Toch wonder hoe zo’n man inspirerend was en blijft voor velen.
De dagen van de eerste kapittelweek op een rijtje
Over onze aankomst op zaterdag 15 februari 2020 en ons logement heb ik hierboven al iets geschreven. Op zondag was het kapittelgezelschap nagenoeg voltallig aanwezig tegen het middagmaal: de provinciaal van Slowakije zal niet naar het kapittel komen omdat hij zwaar ziek is en de provinciaal van Vietnam had voorlopig nog geen visum ontvangen. In de namiddag trokken we naar het grote theater van Valdocco voor een eerste werksessie. Daarna vierden we samen de eucharistie in de basiliek van Maria Hulp. Met het avondmaal in een grote zaal onder de basiliek sloten we de eerste dag af.
Op maandag en dinsdag kregen alle raadsleden een half uur tijd om hun realisaties van de voorbije zes jaar voor te stellen en de toekomstige uitdagingen voor hun sector of regio te formuleren. Op woensdag, donderdag en vrijdag bestond de dag uit twee delen: in de voormiddag maakten we tijd voor bezinning, stilte en reflectie, in de namiddag werd het verslag van de Algemeen Overste en de raadsleden uitvoering besproken in de zeven regiogroepen. Iedere voormiddag begon met een inspirerende inleiding, waar ik verder in deze brief nog even op terugkom: op woensdag hoorden we Rossano Sala (Italië), op donderdag Eunan McDonnell (Ierland) en op vrijdag Luis Gutierrez (Spanje). Het viel ons op dat het drie keer een Europeaan was …
In de namiddag werd nagedacht en uitgewisseld over de voorbije zes jaar, over de situatie waarin de congregatie zich momenteel bevindt en over de belangrijkste aandachtspunten voor de komende zes jaar en voor de verdere toekomst. Het is mij opgevallen dat de realiteiten in de verschillende zones van Europa (Zuid-Europa, Oost-Europa en ten slotte Noord-West-Europa waar wij toe behoren) steeds meer gelijkenissen vertonen: diepgaande reflectie over ons charisma in een geseculariseerde context, groeiende aandacht voor de verantwoordelijkheid van de leken in onze werken, minder roepingen tot het religieuze leven, enz.
Na de studieweek over de toekomstperspectieven die zich vanuit de voorgaande jaren aandienen, kon op zaterdag het Algemeen Kapittel officieel geopend worden. Bij het ontbijt zat ik toevallig aan tafel met kardinaal Maradiaga, de voorzitter van de hervormingscommissie van de Vaticaanse curie. Boeiend om even over het muurtje van het Vaticaan te mogen meekijken naar de interne keuken, en vooral bemoedigend te horen dat paus Franciscus in goede gezondheid verkeert en vastbesloten is door te gaan met zijn noodzakelijke herstructurering. Het voormiddagvullend programma bestond uit twee delen. We begonnen met een feestelijke plechtige eucharistieviering in de basiliek. Daarna een twee uur durende revue van toespraken: de burgemeester van Turijn, de aartsbisschop van Turijn, de Algemeen Overste van de zusters van Don Bosco, de verantwoordelijke van de ADMA, en kardinaal Braz de Aviz, prefect van de Congregatie voor de Instituten van Godgewijd Leven en de Gemeenschappen van Apostolisch Leven. De laatste tussenkomst was die van onze Algemeen Overste. Hij lichtte nogmaals het kapittelthema toe dat de komende weken behandeld zal worden. Daarna volgde
Zoals jullie weten, is de focus van het Algemeen Kapittel de vraag: “Welke salesianen voor de jongeren van nu?” Dit thema wordt opgesplitst in drie deelthema’s die in voorbereiding op het Algemeen Kapittel al aan bod kwamen tijdens de Provinciale Kapittels van de 90 salesiaanse provincies. Bij ons gebeurde dit in maart en mei 2019. Ik geef ze nog even mee:
- de blijvende prioriteit van de salesiaanse zending tussen de jongeren, met een voorkeursoptie voor de armsten,
- de vorming van de salesiaan met het oog op het gewenste profiel,
- de medeverantwoordelijkheid van de leken in de zending en de vorming.
Inspirerende meditaties
Tijdens de drie bezinnende voormiddagen kwamen bovenstaande deelthema’s aan bod. Over het eerste thema hoorden we dus Rossano Sala, professor aan de UPS en door paus Franciscus aangesteld als bijzondere secretaris voor de bisschoppensynode met en over de jongeren (oktober 2018). Volgens hem heeft een AK niet als eerste doel aan pastorale marketing te toen of een plan op te stellen voor ons educatief handelen, en evenmin een document te schrijven of verkiezingen te houden. Allereerst moeten we de houding van Maria aannemen die aan de voeten van Jezus ging zitten om naar Hem te luisteren (Lucas 10,39), om pas daarna net als Martha actie te kunnen ondernemen.
Daarop nam hij ons mee naar vier passages in de Bijbel waar Jezus jonge mensen ontmoet om daaruit enkele inspirerende criteria te distilleren. In het verhaal van de gestorven zoon van een weduwe (Lucas 7,11-17) zien we het empatisch luisteren van Jezus naar een tragische situatie die Hem raakt en tot handelen aanzet. Don Rossano koppelde daaraan de vraag: hoeveel jongeren leven, maar zijn in werkelijkheid reeds gestorven onder het puin van een samenleving die hun dromen en verwachtingen doodt? Dit bracht hem bij de tweede evangelietekst: over een door de duivel bezeten jongen met vallende ziekte (Marcus 9,14-29). We zien hier hoe de kracht van Jezus werkelijk in dienst staat van het volle leven van elke jongere. Hij reikt jongeren de hand om hen te doen opstaan en te doen groeien. Zo moeten wij bij jongeren van vandaag verschillende vormen van armoede en vervreemding herkennen en met hen wegen zoeken naar bevrijding.
Verder verwees don Rossano naar het verhaal van de leerlingen van Emmaus (die wellicht eerder volwassenen waren). Jezus gaat met hen op weg en luistert naar hun verhaal. Soms vertellen jonge mensen ons dat we te weinig naar hen luisteren en dat we moeite hebben naar hen toe te gaan met een authentieke openheid die hun echte vragen en hun concrete situaties respecteert. Jezus wil gewoon bij de leerlingen van Emmaus zijn en hen niet in de steek laten. Pas in een tweede moment gaat Hij de dialoog aan. Hij biedt hun de juiste sleutels om te begrijpen wat ze hebben ervaren. Het is niet Jezus die hen terugstuurt naar Jeruzalem om te vertellen wat ze meegemaakt hebben. Ze beseffen zelf dat ze moeten delen wat ze ontvangen hebben.
De vierde bijbeltekst was die over de rijke jongeling. Aan de rijke jongeman stelt Jezus voor de logica van hebben te veranderen in een logica van zijn; van de gesloten en comfortabele logica van een eigen project te komen tot een open en risicovolle logica van een roeping, van de logica van het houden voor jezelf tot die van het geven met grote gulheid.
In een tweede beweging verwees Rossano Sala naar enkele herinneringen aan het beginnend oratorio van Don Bosco in Turijn die ons prioriteiten aanreiken voor onze salesiaanse zending. Ik ga hier nu niet verder op in. Bij gelegenheid zullen we de vertaling van deze en volgende toespraken aan jullie bezorgen, want ze zijn meer dan de moeite waard.
Zowel voor mij als voor Eric was de toespraak over het tweede deelthema (het profiel van de salesiaan en de vorming die daartoe leidt) de meest inspirerende en confronterende. Eunan McDonnell, provinciaal van Ierland en gespecialiseerd in de spiritualiteit van Franciscus van Sales, stelde pertinente vragen over onze levensstijl en onze manier van handelen. Hij maakte meteen de verbinding tussen Don Bosco en de liefdevolle vriendelijkheid van Franciscus van Sales, en in eenzelfde beweging ook met de houding van Jezus die vriendelijk is en nederig van hart.
Eunan vroeg zich af aan wie we de vraag ‘Welke salesianen voor de jongeren van vandaag?’ moeten stellen: aan de jongeren, aan de mensen die zich engageren bij Don Bosco, aan onszelf? Hij stelde voor de vraag te richten tot God: ‘Heer, welke salesianen voor de jongeren van vandaag?’ Zo wordt het kapittelthema een gebed en ligt de klemtoon niet langer op onszelf of op menselijke berekening, maar op God die ons uitnodigt naar Hem te luisteren. Hij is het die ons roept en zendt. Vooraleer een mens kan herkennen wat God van hem vraagt, moet hij eerst luisteren, en dat is een kunst! Als salesiaan luister je zowel naar Gods Woord als naar de jonge mensen, met een voorkeur voor de armsten, en naar wat God ons doorheen deze jonge mensen te zeggen heeft. Zonder een luisterende levenshouding kunnen we onmogelijk ontdekken wat Gods plannen zijn voor ieder van ons. Dit veronderstelt een luisteren dat wil begrijpen en niet een luisteren dat vanuit een eigen vooringenomenheid meteen van antwoord wil dienen. Het betekent dat ik bereid ben te doen wat Hij vraagt, en niet dat Hij moet doen wat ik vraag.
Als derde spreker gaf Luis Gutierrez, verantwoordelijke voor de jongerenpastoraal in Spanje, een eerder theologische uiteenzetting over de weg van de ‘synodaliteit’ tussen religieuzen en leken. Als de toespraken vertaald zijn, bekijken we hoe ze best ter beschikking gesteld worden. Een mogelijke optie is dat ze later als bijlage toegevoegd worden aan het kapitteldocument.
Nog een kleine suggestie voor wie een Facebookpagina heeft: Eric plaatst geregeld berichtjes en foto’s op zijn pagina. Ze zijn toegankelijk voor zijn contactpersonen.
Onze zieke medebroeders biddend nabij
Marcel Boudrez (St.-Denijs-Westrem) verzwakte een tweetal weken zienderogen en kreeg de ziekenzalving. Die heeft hem kennelijk deugd gedaan, want stilaan gaat het nu weer wat beter.
Fons Ceustermans (Hechtel) verbleef onlangs een week in het ziekenhuis te Overpelt wegens een zware longonsteking. Hij is enkele dagen geleden teruggekeerd naar zijn gemeenschap.
Jaak Knevels (Oud-Heverlee) verblijft al verscheidenen weken in het Gasthuisbergziekenhuis te Leuven en zal daarna zijn intrek nemen in het WZC Annuntiaten te Heverlee.
Jan van Aken (Assel-Wijchen) verbleef twee dagen in het ziekenhuis voor onderzoek. Er werd niets kwaadaardigs gevonden en hij hoeft niet geopereerd te worden.
Geborgen in Gods eeuwige liefde
Op 17 januari 2020 overleed in Ouderkerk aan de Amstel op 90-jarige leeftijd Dini ten Bookum - Moester, een zus van onze medebroeder-missionaris Tony Moester, werkzaam in Australië.
Wij vertrouwen haar en al onze dierbare overledenen toe aan Gods liefdevolle barmhartigheid.
Varia
De Don Bosconoveen en het feest liggen al even achter ons. Op zoveel plaatsen was het ook dit jaar weer een hoogtepunt van salesianiteit, met dank aan ontelbaar veel mensen die zich hiervoor ingezet hebben. Don Bosco is en blijft een sterke inrijpoort om jonge en gewone mensen samen te brengen, te inspireren en te motiveren. Jammer genoeg kwam de storm roet in het eten gooien in Nederland, waar het Don Boscofeest gepland was in Deventer op zondag 9 februari 2020.
Begin februari 2020 kwamen de missionarissen van het Europaproject samen in Annecy. Jos Claes trok erheen met zes jonge medebroeders van onze provincie. Er ging een sterke dynamiek uit van deze dagen die inhoudelijk begeleid werden door Eunan McDonnell. Wie Don Bosco goed wil begrijpen, heeft minstens een basiskennis nodig van de heilige Franciscus van Sales ...
Op zaterdag 8 februari 2020 kwamen de verantwoordelijken van de Salesiaanse Familie samen in Oud-Heverlee voor de jaarlijkse ‘Strennadag’. De mensen die onze provincie vertegenwoordigd hadden op de spiritualiteitsdagen in Turijn lieten ons proeven van de sfeer en de inhouden van die dagen. Voor 2020 koos onze Algemeen Overste als jaarspreuk of ‘Strenna’ een uitspraak waarmee Don Bosco zijn opvoedingsdoel omschreef: ‘Goede christenen en oprechte burgers’. Ik verwees er al naar in mijn vorige rondzendbrief. Bedoeling is dat de deelnemers aan de ‘Strennadag’ nu aan de slag gaan met de jaarspreuk in hun eigen gemeenschap of deelgroep van de Salesiaanse Familie.
Vandaag is Mgr. Lode Van Hecke onder massale belangstelling tot 31ste bisschop van Gent gewijd. Voor onze medebroeder Mgr. Luc Van Looy betekent dit het begin van een welverdiend emeritaat, na 17 jaar trouwe dienst in zijn bisdom. We wensen de nieuwe bisschop Gods zegen toe en danken Mgr. Luc voor de wijze waarop hij herder geweest is voor zijn mensen. Hij verhuist naar Scherpenheuvel waar hij met zijn hartelijke stijl veel pelgrims zal kunnen ontmoeten en een luisterend oor en bemoedigd woord kan bieden.
In salesiaanse verbondenheid
Wilfried Wambeke sdb, provinciaal