Bidden op bed is voor mij een dagelijks ritueel
Ik wil jullie meenemen naar mijn ‘huis’, mijn internaatskamer in Groot-Bijgaarden. Het is 22.00 uur, tijd om te gaan slapen maar ik kruip niet in mijn bed zonder er eerst rustig op te gaan zitten. Dat heb ik van oma geleerd. Als kind woonde ik bij mijn grootouders, samen met mijn nicht en tantes. Mijn oma is gelovig en nam ons elke zondag mee naar de kerk. ’s Avonds hadden we zo ons eigen ritueel. Wij gingen naar de woonkamer en wie wou, nam de leiding over het gebed. Ik bleef dat elke avond doen, hoe laat het ook was. Dit is míjn moment. Iedereen is op de eigen kamer en het wordt rustig, er is tijd om God te danken. Hij heeft mij de hele dag geholpen en dat maakt mij heel dankbaar. Ik vraag Hem elke dag om mijn familie en de hele wereld te steunen en eindig met een kruisteken. Zo kan God mij verder beschermen. Op mijn kamer hing er altijd een paternoster. Als ik op vakantie ging, nam ik die mee, zo kon God met mij meegaan en mij beschermen. Jammer genoeg ben ik die vergeten bij mijn tante in Frankrijk. Door hierover te vertellen om dit artikel te schrijven, wisten de zusters dat ik mijn paternoster kwijt was. Een van hen gaf mij spontaan haar mooiste paternoster. Het doet deugd om er nu weer een te hebben. Hij ligt alvast naast mijn bed.
Bron: Don Bosco Vlaanderen, 2018/5, p.20