Music For Life: een druppel op een dansbare plaat?
Bram Reekmans van VIA Don Bosco beschrijft zijn visie op liefdadigheidswerk en de kritische vraagtekens die haar al jaren achtervolgen.
Binnenkort is het weer zover: De Warmste Week van Music For Life. Naar jaarlijkse gewoonte zullen drie presentatoren van Studio Brussel een week lang vanuit een buitenstudio, de kou trotserend, verzoekplaatjes draaien voor het goede doel. Stapels pannenkoeken en liters soep zullen worden verkocht ten voordele van kankeronderzoek, kansarme jongeren, dierenwelzijn, ontwikkelingssamenwerking, en tal van andere nobele doelen. Vlaanderen zal een week lang gehuld worden in een warme gloed van solidariteit. Ook voor verschillende Don Bosco-organisaties kun je plaatjes aanvragen of acties organiseren: VIA Don Bosco, De Takel, De Wip, CKG Don Bosco en Oeuvre Eric Meert. Maar brengt dit alles nu zoden aan de dijk? Is het niet louter een handige promostunt van Studio Brussel? Natuurlijk is het dat voor een deel, maar enige nuance lijkt me hier toch aan de orde. Kritiek geven op een nobel initiatief als Music For Life ligt enerzijds gevoelig, maar kan langs de andere kant ook een gemakkelijk excuus zijn om zelf niet solidair te hoeven zijn met anderen en in onze luie zetel te blijven zitten.
“Zet die ploat af!”
Laten we even stilstaan bij twee vaak gehoorde kritieken op Music For Life. Ten eerste zou het een druppel op een hete plaat zijn. Neem nu armoedebestrijding. Armoede wordt gecreëerd door grote mechanismen als vrijhandel of inbeslagname van landbouwgronden. Met liefdadigheid los je dat probleem niet op. Het zou dan ook zinloos zijn om hier en daar wat mensen te helpen. Een tweede kritiek betreft de rol van de overheid. Politici komen tijdens de Warmste Week graag zwaaien met een grote cheque. Maar is het niet de verantwoordelijkheid van de overheid om een deftig beleid te ontwikkelen rond armoedebestrijding, ontwikkelingssamenwerking, dierenbescherming, of de integratie van migranten en vluchtelingen? Dergelijke problemen moeten niet opgelost worden met een koekenbak of een vrolijk plaatje, maar met een structureel beleid en een rechtvaardige begroting.
Beide kritieken zijn zeker terecht. Het is een illusie dat we met een sponsorloop of het verkopen van warme soep structurele problemen als armoede gaan oplossen. En uiteraard doet de overheid te weinig. VIA Don Bosco en andere ngo’s pleiten er al jaren voor dat België 0,7 procent van zijn bruto binnenlands product besteedt aan ontwikkelingshulp. Maar nog steeds geraken we niet veel verder dan 0,4 procent. Dus ja, de overheid draagt een enorme verantwoordelijkheid. Maar mogen we alle verantwoordelijkheid bij de overheid leggen? Kunnen we zelf dan echt niets betekenen?
Pleidooi voor solidariteit
Natuurlijk kunnen we dat wel en hoeven we niet te wachten tot politici wakker schieten. We kunnen niet eigenhandig kansarmoede de wereld uithelpen of de vluchtelingencrisis oplossen. Jij en ik alleen zijn natuurlijk maar een druppel op een hete plaat. Maar samen kunnen we het verschil maken. Kaat Hermans beschreef dit treffend in Mondiaal Nieuws (MO*): “Solidaire acties zorgen niet per se voor structurele, fundamentele oplossingen, maar pretenderen dat ook niet te doen. Ze kunnen optreden als drukkingsmiddel, als hart onder de riem, als manier van aandacht trekken of gelijkgezinden verenigen. Als een druppel op een hete plaat, ja, maar evengoed als de eerste druppel van een stortbui aan (politieke en sociale) (re-)acties”.Bovendien streven heel wat organisaties die je kunt steunen wel degelijk naar meer structurele en duurzame oplossingen, door lobbywerk naar de overheid, door capaciteitsversterking van lokale bevolking in het Zuiden, door investeren in onderwijs, enzovoort. Eén pannenkoekenbak zal de wereld niet veranderen. Maar deze organisaties kunnen de steun van dit soort acties heel goed gebruiken om hun werking voort te zetten en hun impact te vergroten.
Dus ondanks het feit dat we kritisch moeten blijven voor acties als Music For Life, pleit ik toch voor een actieve solidariteit met mensen die toevallig op de verkeerde plek geboren zijn, of door pech of hun verleden minder kansen krijgen. Bij VIA Don Bosco vinden we het daarom belangrijk om naast projecten in Afrika en Latijns-Amerika, ook hier in België jongeren op te voeden tot kritische, solidaire en actieve wereldburgers die niet in hun luie zetel blijven zitten, maar actief bijdragen aan een betere wereld.
Voor mij een pannenkoek met suiker graag!
Bron: Don Bosco Vlaanderen 2018/6, p. 4-5