JONGEREN ZIJN HET ‘NU’ VAN GOD
Oktober 2018. Paus Franciscus roept niet alleen bisschoppen samen om te spreken over jongeren en geloof, het is voor hem vanzelfsprekend dat op de eerste plaats jongeren hun stem laten horen op de synode. Een uitdaging voor de bisschoppen om te luisteren … Zo trekt Rome de aandacht van jeugd- en jongerenwerkers met zin voor zin.
Ondertussen is de Nederlandse vertaling beschikbaar van een post-synodale rondzendbrief van de paus, gericht aan jongeren. Zij zijn het ‘nu’ van God. Zeggen dat ze de toekomst zijn, lijkt te suggereren dat ze nu nog te jong zijn om er ten volle bij te horen. God deed in de geschiedenis wel vaker een beroep op jonge mensen: Samuel, David, Ruth, Maria. In salesiaanse kring mogen we dan zeker ook Domenico Savio, Laura Vicuña en vele anderen noemen.
In de rondzendbrief lezen we: “Wij volwassenen zijn vaak geneigd alle problemen en mislukkingen van de jeugd op te sommen. Maar wie geroepen is om een vader, pastor of begeleider te zijn, moet in staat zijn om paden te zien waar anderen alleen een muur zien, om potentieel te zien waar anderen enkel gevaar zien. Zo kijkt God de Vader er naar.” (nr. 66-67)
Het hele document is bijzonder herkenbaar voor salesiaanse jeugd- en jongerenwerkers! Als het geschreven was ten tijde van Don Bosco, dan had hij het kunnen lezen als een hartverwarmende bevestiging van zijn werk met en voor jonge mensen. Een aanrader dus voor iedereen die de Don Bosco-aanpak genegen is.
Don Bosco ontnam jonge mensen nooit het recht om zichzelf te zijn, om te groeien met vallen en opstaan, om verantwoordelijkheid te leren opnemen. Hij ontnam hun evenmin het recht om op hun zoektocht naar een zinvol leven Jezus Christus te leren kennen als een veilige haven.
Veel jonge mensen in onze wereld missen die veiligheid. Velen leven in armoede en staan soms voor onmogelijke levenskeuzes. Nieuwsberichten leren ons bijvoorbeeld dat het aantal dakloze jongeren tussen de 18 en 30 jaar in Nederland na 2009 verdrievoudigd is. Hebben zij dan geen recht op plekken waar ze mensen kunnen ontmoeten die het voor hen opnemen, waar ze dat duwtje in de rug ervaren dat hun de kracht geeft om zich op te richten en van het leven te leren?
In nr. 107 van zijn rondzendbrief tot de jongeren moedigt paus Franciscus hen aan met de volgende woorden: “Laat niet toe dat ze je de hoop en de vreugde afnemen. (…) Je persoonlijkheid is belangrijker dan wat dan ook. Het dient je tot niets om veel te hebben of om je anders voor te doen dan je bent. Je kunt ertoe komen te zijn wie God, je Schepper, weet dat je bent, als je erkent dat je tot iets groots bent geroepen.”
Bron: Don Bosco NU 2019/3